In het Overijsselse Sint Jansklooster lopen een aantal bijzondere runderen die de aandacht trekken van voorbijgangers. Vooral het grote witgrijze rund met de enorme hoorns is een indrukwekkende verschijning. Het gaat hier om de jak, een langharig runderras dat in ons land nog niet veel te zien is. 

Karel en Marrianne de Jonge wonen met hun kinderen op een boerderij met wat weilanden, het vee op de boerderij is puur hobby. Naast de runderen zijn er kippen, schapen en verschillende vogels. De belangrijkste eisen die Karel en Marrianne voor runderen hadden, was een vreedzaam, betrouwbaar en benaderbaar rund. En zo viel de keus op een jak.

Jak: nieuwsgierig en behoedzaam tegelijk

Wanneer we de runderen bezoeken in de wei, zijn ze nieuwsgierig en tegelijkertijd heel behoedzaam. “Ze zijn allemaal heel vriendelijk en gaan normaliter gewoon verder met waar ze mee bezig zijn en storen zich weinig aan wat er om hen heen gebeurt”, aldus Karel. “Onze dieren worden niet gemolken en zijn niet gewend aan regelmatig fysiek contact. Daardoor bestaat de kans dat ze anders reageren op onze aanwezigheid, zeker wanneer er ook anderen bij zijn. We houden ze dan ook goed in de gaten als ze om ons heen lopen, ook al kennen ze ons goed. Ze hebben immers beste hoorns!”

Oorsprong van de jak

De jak komt oorspronkelijk uit de hooggebergtes van Tibet. In de loop der tijd is het wilde rund gedomesticeerd en zijn nu ook te vinden op grote hoogtes in onder andere China, Nepal en Mongolië. De jak beschikt over een grote longinhoud waardoor ze ook in de ijle lucht hoog in de bergen, met minder zuurstof, kunnen leven.

De temperatuur in de hooggebergtes kan dalen tot -40 graden. Dankzij de dikke en lange vacht, soms tot op de grond, is de jak hier goed tegen bestand. Opvallend is de lange beharing op de volledige staart.

De wilde jak heeft een zwarte of bruine vacht. Gedomesticeerde jaks kunnen ook rood, wit of gevlekt zijn. In de winter is de vacht donkerder dan in de zomermaanden. De volwassen runderen verharen niet of nauwelijks. De kalveren verharen wel, maar de lange haren verharen niet mee tijdens de rui.

Naast de dikke en lange vacht is dit rund ook te herkennen aan zijn enorme hoorns, die bij stieren wel een meter lang kunnen worden.

Op zoek naar andere jaks 

Er zijn maar weinig jakken in Nederland. En degene die er zijn, zijn nauw verwant aan de jakken in Sint Jansklooster. Graag zouden Karel en Marrianne vers bloed in hun kleine kudde willen om de kans op inteelt te verkleinen.

“Wie weet wordt dit artikel gelezen door een andere jakhouder en kunnen we in contact komen. En zo samen zorgen voor nieuwe nakomelingen en het ras wat meer bekendheid geven in Nederland. Het is namelijk een heel gemoedelijk en vriendelijk rund dat weinig vraagt qua verzorging en voeding. Aan de vacht hebben we nog nooit iets hoeven doen en met een ruime wei en voedzaam gras nemen ze genoegen.”

Tekst en foto: Jolanda Brouwer

Ben je jakhouder en wil je in contact komen met Karel en Marrianne de Jonge? Mail naar info@boerenvee.nl

 

Dit is een gedeelte van het artikel dat is te lezen in Boerenvee 2 van 2023. 

Het hele artikel lezen in Boerenvee? Neem dan een (proef)abonnement. Vermeld in het opmerkingenveld dat je Boerenvee nummer 2 van 2023 als eerste nummer wil ontvangen.